Grotere overlevingskans na borstamputatie bij BRCA-mutatie

Vrouwen die borstkanker krijgen en het erfelijke borstkankergen – een afwijking in het BRCA-gen – bij zich dragen, leven langer als zij hun borsten laten amputeren in plaats van te kiezen voor een borstbesparende operatie. Dat concluderen Nederlandse onderzoekers op basis van de gegevens van bijna 600 vrouwen met erfelijke borstkanker die 21 jaar lang werden gevolgd, van 1980 tot 2011. Intensieve controle versus preventieve borstamputatie In de jaren ’80 waren preventieve borstcontroles meer in zwang, omdat over de effectiviteit van preventieve amputaties nog niks bekend was. 58% van de vrouwen koos daarom na de diagnose intensieve controles, de rest gaf de voorkeur aan een preventieve borstamputatie. De kans op terugkeer van een tumor wordt daarmee heel erg verkleind, maar is niet uitgesloten; de kans is minder dan 5%. Ruim 11 jaar na de diagnose volgde een follow-onderzoek waarbij werd gekeken bij hoeveel vrouwen de borstkankertumor was teruggekomen, in dezelfde borst of andere borst. Bij vrouwen die intensieve borstcontroles hadden gevolgd, gebeurde dit significant vaker. Maar ook vrouwen bij wie beide borsten waren weggehaald, waren niet helemaal veilig: 4 kregen ondanks de operatie nog een tumor. Desondanks concluderen de onderzoekers dat een borstamputatie uit voorzorg de kans op een tweede tumor verkleint en daarmee de overlevingskans vergroot. Voorspellende factoren De onderzoekers zouden graag meer inzicht krijgen in factoren die kunnen voorspellen hoe groot de kans is dat borstkankerpatiënten een tweede tumor ontwikkelen. Aan de hand daarvan zouden ze dan kunnen bepalen of een tweezijde behandeling nodig is of een enkelzijde borstamputatie of intensieve controle volstaat. Bron: ziekenhuis.nl, 16/07/2014